Niet weten wat je nog 'mag' zeggen of doen

Ik hoor het wel al eens van plusmama’s: "Ik weet niet meer wat ik mag zeggen of doen in mijn eigen huis". En dat komt bij mij wel binnen. Want als we continu op eieren lopen, kunnen we onszelf niet zijn in ons huis en dat komt ook al zeker onze relatie en de sfeer in ons gezin niet ten goede.

Bijvoorbeeld:

  • Een plusmama ergerde zich aan het gebrek aan hygiëne van haar pluszoon. Toen hij klaagde over eczeem, gaf ze als antwoord dat hij zich beter zou wassen. Daarop heeft haar partner haar terecht gewezen dat het niet aan haar was om dat te zeggen.

  • Een plusmama die door de biologische mama verboden werd om het pluskind te wassen.

Er zijn een aantal dingen die ik hierin even wil tackelen.

De biologische banden

De band tussen biologische ouder en kind is één van de sterkste elementen in de natuur, zowel bij mensen als bij dieren. Bij mensen is die band onbreekbaar en onvoorwaardelijk: Een ouder geeft onvoorwaardelijk, een kind neemt onvoorwaardelijk.

Het kind vormt zijn identiteit op basis van zijn biologische band met moeder en vader. Daarom is het zo belangrijk dat die banden ook geëerd worden. En dat de biologische ouders hun plek innemen, hun verantwoordelijkheid opnemen, grenzen aangeven aan het kind. Dat zorgt voor duidelijkheid en veiligheid. Dat zorgt ervoor dat het kind kind mag zijn en op een gezonde manier kan evolueren. Alles en iedereen die daar tussen lijkt te komen, voelt als bedreigend aan en dan gaan mensen hun stekels opzetten om het hunne te beschermen.

Nemen biologische ouders atlijd die plek vanzelfsprekend in? Helaas niet en als plusouder zien we dat soms gebeuren en willen we het kind toch die ouderliefde geven, omdat we het moeilijk vinden om het aan te zien of omdat je het onrecht wil aanklagen of wat dan ook.

Bepaalde routines staan in voor dat gevoel van veiligheid, zoals wassen, boterhammen smeren, kleren kiezen, naar de dokter gaan, naar het oudercontact… Dit zijn allemaal zorgtaken, waarbij het kind in de ontvangende positie staat tegenover de volwassene en het geeft vertrouwen en veiligheid als die door de eigen biologische ouder gebeuren. De ouder neemt zijn plaats in en dus krijgt het kind het veilige gevoel dat het kind mag zijn en dat er altijd voor hem zal gezorgd worden. Omgekeerd voelt de biologische ouder op dat ogenblik ook de ruimte om zijn of haar plaats als ouder in te nemen, met alle marges om daarin zoekende te zijn en fouten te maken.

Ieder zijn proces

Wanneer een biologische ouder of het kind het gevoel heeft dat de plusouder over die grens gaat, kan dat verschillende redenen hebben die zelden met de plusouder te maken hebben.

Komt het van het kind? Misschien neemt een van de biologische ouders zijn of haar rol niet 100% op en reageert het kind erop dat jij dat als plusouder wel doet, terwijl het eigenlijk vooral een schreeuw is naar de eigen biologische ouder toe.

Wijst jouw eigen partner of de andere biologische ouder jou terecht? Gaat die zelf door een proces dat te maken heeft met zijn of haar plek te vinden om én gescheiden én nog altijd moeder of vader te zijn? Of staat die nog heel ver van de verwerking van de scheiding en reageert die het af op de plusouder? Als de plusouder dan temidden van dat proces nog eens de vinger op de zere wonde legt, kan dit voor heel veel frustratie zorgen.

Gaat het om de andere biologische ouder, zal je dat ook op ongetwijfeld op andere vlakken ondervinden dat er op andere vlakken tegenwerking komt. Ik ga daar in mijn masterclass ‘Omgaan met negatieve energie’ dieper op in. Weet dat dit ook niet met jou te maken heeft maar opnieuw met de processen die de biologische ouder doormaakt.

Ik bemerk bij mezelf als niet-gescheiden moeder (wel plusmama) dat ik ook anderen zou willen beperken in wat ze met mijn welpjes willen doen, zelfs al gaat dat om onschuldige en goedbedoelde dingen. Dat gaat dan om dingen waarvoor ze van mij geen ‘toestemming’ krijgen, die voor mij in dat vakje van verzorgen passen. Het vakje van de leeuwin die zelf haar welpen wil schoonlikken, die zelf de zebra wil vangen en stropen en aan hen wil geven. Soms is dat iets wat ik moet loslaten, soms ook niet.

Dus, plusouder, laat de schouders maar zakken. Het heeft allicht niets met jou persoonlijk te maken. En het is een mooie uitnodiging voor jou om in vertrouwen te gaan.

Kwetsuren

De plusouder en de biologische ouder hebben andere prioriteiten en kijken naar het kind op een andere manier. De ene misschien te veel van op afstand, de andere misschien te weinig. De biologische ouder schiet in bescherming voor zijn of haar kind. De kans zit erin dat je als plusouder iets blootlegt wat iemand van het kerngezin diep raakt. Kan jij daar iets aan doen? Nee. Evenmin heb jij in de hand of die persoon hier zelf mee aan de slag gaat of niet.

Als we kijken naar het innerlijke kind, dan zien we dat onder de volwassenen vaak de gekwetste innerlijke kinderen tegen elkaar bezig zijn. Wat gebeurt er op dat moment bij de plusouder?

Er is enerzijds de terechtwijzing van de ander die binnenkomt en waardoor we ons als een kind op de vingers getikt voelen, beschaamd om wie we zijn en wat we doen. Of we worden kwaad, omdat onze goede bedoelingen niet erkend of gezien worden.

Anderzijds doen we er zelf een schepje bovenop door onze eigen onbewuste gedachten en overtuigingen, we schamen ons voor onze fouten en zijn nog strenger voor onszelf dan de ander is:

“Zie je wel, het is nooit goed” - “ik ben niet goed genoeg”

“Hij/zij zal toch bij mij weggaan.”

“Het kind kan mij niet uitstaan.”

“Waarom moet ik het nu altijd verpesten?”

“Ik ben hier niet voor gemaakt.”

Zo duwen onszelf nog meer de put in, voelen we ons alleen nog onzekerder. Wanneer we onzeker zijn, gaan we tewerk vanuit de energie van angst. In dit geval angst om fouten te maken waardoor we niet handelen vanuit ons pure zelf, vanuit wat we zelf willen neerzetten. Dan gaan we verkrampen, stuntelen, een versie van onszelf neerzetten die we niet zijn maar waarvan we hopen dat de ander die liever gaat zien. Een kleinere versie dus. En wat doen we wanneer ons klein voelen… maken we nog meer fouten en gaan we net nog meer van dat vertonen wat we eigenlijk niet willen.

Dat brengt dan weer meer reactie van het innerlijke kind van de ander teweeg en dat wordt een vicieuze cirkel waarbij we vooral uit verbinding met de ander en uit verbinding met onszelf gaan.

En fouten maken… Wees mild voor jezelf, je zal er sowieso nog maken. Wanneer je in de positieve vibe kan stappen, een vibe van vertrouwen, zal je er zachter mee kunnen omgaan wanneer anderen hun grenzen aangeven (want daar gaat het over). Drop your weapons.

Gaat het om je partner, ga hier samen over in gesprek. Want het is heel belangrijk dat jij voelt dat jullie neuzen in dezelfde richting staan. Er is maar één iemand in heel het NSG (Nieuw Samengesteld Gezin) die bepalend is wanneer het gaat om iets terug krijgen en dat is jouw partner. Jij als plusouder geeft aan het pluskind en de andere biologische ouder zonder dat zij ervoor kiezen om iets terug te geven. Het is de band met jouw partner die gaat bepalen of jouw geven in evenwicht voelt, niet wat het kind of de andere biologische ouder geven.

Wanneer je voelt dat jullie op dezelfde golflengte staan, zal je ook met meer zachtheid zijn of haar grenzen kunnen opnement. Soms volstaat het om een innige knuffel te geven om je daar weer te krijgen, het hoeft niet altijd ingewikkeld te zijn. Even terug samen oplijnen en je bekijkt algauw de situatie op een andere manier.

Plusouderliefde

Mag het kind dan niet voelen dat een plusouder ook zorgend is? Absoluut wel. En er zijn heel veel manieren om dat te doen. De plusouder heeft zeker ruimte om liefde te geven, om beschikbaar te zijn voor het kind, om er zorg voor te dragen. Maar blijf zoveel mogelijk weg van dat wat van de biologische ouder is, dat zorgt voor rust, duidelijkheid en ruimte. Ook dat is zorg dragen.

Alleen een soort zorg die zich uit in het loslaten in plaats van het doen en het moeilijke daaraan is dat het iets wat niet concreet is, minder opvallend is dan een ‘ik heb jou een lekker boterhammetje gesmeerd’ en de verwachte ‘dank je wel’. Dit is een stille zorg waarbij je als plusouder een stapje achteruit doet en door net minder te doen, meer mogelijk maakt.

Is die grens in zorgtaken en huishoudelijke taken dan altijd rechtlijnig te trekken? Naar mijn mening niet. Er zal wel altijd ergens een overlap zijn. We zijn mensen, we zijn liefhebbers, we zijn gevers en foutenmakers…

We zullen dus ook al eens over een grens gaan en laten gaan. We zullen wel eens de boterhammen smeren. Omdat de situatie nu eenmaal zo uitkomt. Of vanuit goede bedoelingen, die misschien niet altijd zo goed ontvangen worden.

It happens. Geef je over. Je kan dit niet fixen, dit is het leven dat gebeurt. Laat daar ook gerust ruimte voor.

ENERGIE VAN LIEFDE

Want anders is dat toch continu dansen op een slappe koord, he? En intussen zoveel balletjes in de lucht houden. Dat lukt misschien wel voor een tijdje, maar zoiets blijft niet duren. Het kan ook niet de bedoeling zijn dat je in je eigen huis voortdurend op eieren loopt.

Er is alleen de energie van liefde en de energie van angst, al het andere is een afgeleide van een van beide. Onzekerheid, stekels opzetten, je machteloos voelen, tegenwerken enz, behoort tot de energie van angst. En als je de dingen van daaruit blijft zien en ervaren, dan blijf je in die negatieve spiraal zitten. Dan zie je de opties niet om het daar zelf te stoppen.

Daar zit de uitnodiging om in verbinding te gaan. Met de ander en met jezelf. Met de ander om oprecht te kunnen luisteren naar wat die te zeggen heeft. Met jezelf om er mild mee om te gaan dat je fouten maakt en nog zal maken. Hey, you’re only human. Als je dit kan omarmen vanuit de energie van liefde, zet je zoveel gemakkelijker die mildheid in om hiermee om te gaan en dat ook uit te stralen naar de andere gezinsleden.

Er zijn ook de onredelijke, soms vijandige verzoeken van de andere biologische ouder naar de plusouder toe. Ik ken ze. Als jij beslist om de andere biologische ouder met zijn of haar proces in jouw gezin binnen te laten en te bepalen wat jij wel en niet mag zeggen, kan jij niet vanuit rust in jouw gezin bewegen en dat mag je gerust blokkeren. Op een manier die bij jou past, vanuit oprechtheid, met de wapens op de grond.

Concludeer je dat je je toch op het terrein van opvoeding bevindt en dat de ander daar op reageert, weet dit ook een barometer kan zijn voor de verhoudingen op dat moment. Soms verdraagt het pluskind of de biologische ouder jaren dat je deelneemt aan de opvoeding en komt er plots meer weerstand. Dan opeens ‘mag’ je dingen niet meer zeggen of doen die je vroeger wel mocht. Dan liggen er andere dynamieken aan de basis hiervan en dan heb je even een stapje achteruit te zetten. De ander ruimte te geven. En weet, als de ander ruimte neemt, krijg jij ook ruimte. Neem die dan ook met beide handen aan.

Grenzen

Hoe dan ook, het heeft telkens met grenzen te maken. De ene die ze misschien te hard aangeeft (wat een teken is dat er al over gegaan is), de ander die ze overschrijdt. Hoe de ander dat doet, daar heb jij geen vat op.

Hoe jij zelf met je grenzen omgaat, is ook hoe anderen met jouw grenzen omgaan. Wat ik zie, is dat wie zelf zijn of haar eigen grenzen niet aanvoelt, niet respecteert, telkens maar verlegt… ook verontwaardigd is als de ander dat wel doet, dat die daar onzeker over wordt, dat het pijnlijk wordt om dat aan te kijken. En dan komen er plots voorwaarden naar boven. In de zin van "Als ik dit of dat niet meer mag zeggen, dan stop ik ook met hier voor iedereen goed te willen doen".

Daar voel je eigenlijk al aan dat die persoon al heel erg over zijn of haar eigen grenzen is gegaan. Want het geven komt niet vanuit het pure geven, maar vanuit de nood aan bevestiging of erkenning of waardering of gelijk wat. Daar zitten we dus in de energie van angst, namelijk angst voor afwijzing.

En wat doen we wanneer we angst hebben om afgewezen te worden… We laten over onze grenzen gaan. Zo is de cirkel rond. Dus het is eigenlijk een spiegel, een uitnodiging om met je eigen grenzen aan de slag te gaan. Je kan niet verwachten dat de ander jouw grenzen respecteert als je het zelf niet doet.

We zitten met het angstwekkende beeld dat grenzen aangeven gaat om kordaat nee zeggen, maar eigenlijk is grenzen aangeven een teken van liefde. Want het gaat om oprechte nee’s én oprechte ja’s geven. Zonder ruis de ander laten weten hoe je er écht tegenover staat, zodat er later geen bommetjes meer kunnen ontploffen waarbij je de ander dan de schuld gaat geven. Als iedereen weet dat een ja ook echt oprecht is, dat is een heel mooi geschenkt voor de ander en voor jezelf.

Het mooie aan leren omgaan met je grenzen, is dat je minder snel het gevoel gaat hebben dat de ander erover gaat. Want je gaat veel beter aanvoelen wat tot het proces van de ander behoort en wat van jou is, waar jij aan te werken hebt. Het gaat ook minder aanvoelen als een ‘aanval’ of een afwijzing, wel als een manier voor jezelf om de ander oprecht te laten weten wat er in jou omgaat.

Conclusie

Check altijd eerst eens of je je op het gebied van opvoeding bevindt, ga na of het deel is van het proces van de ander of van jezelf. Vertrouw, stap in de energie van liefde. Let life happen, met zijn goede en kwade dagen.

En omarm grenzen aangeven. Hoe beter jij dat op een liefdevolle manier kan, hoe meer je gaat ondervinden dat anderen daar respect voor opbrengen.

Meer over de masterclass ‘Omgaan met negatieve energie’

Beluister de volledige podcast aflevering

Vorige
Vorige

Terugblik op het begin